Lidwoord voor luchtkasteel
1
het luchtkasteel o
aanwijzend voornaamwoord
dit luchtkasteel, dat luchtkasteel
dichtbij dit luchtkasteel
verder weg dat luchtkasteel
betrekkelijk voornaamwoord
het luchtkasteel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun luchtkasteel
onbepaald voornaamwoord
elk luchtkasteel
buigings-e
het grote luchtkasteel, een groot luchtkasteel