Lidwoord voor hypotheekaftrek
1
de hypotheekaftrek m
aanwijzend voornaamwoord
deze hypotheekaftrek, die hypotheekaftrek
dichtbij deze hypotheekaftrek
verder weg die hypotheekaftrek
betrekkelijk voornaamwoord
de hypotheekaftrek die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun hypotheekaftrek
onbepaald voornaamwoord
elke hypotheekaftrek
buigings-e
de grote hypotheekaftrek, een grote hypotheekaftrek