Lidwoord voor vrouwenziekte
1
de vrouwenziekte v
aanwijzend voornaamwoord
deze vrouwenziekte, die vrouwenziekte
dichtbij deze vrouwenziekte
verder weg die vrouwenziekte
betrekkelijk voornaamwoord
de vrouwenziekte die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun vrouwenziekte
onbepaald voornaamwoord
elke vrouwenziekte
buigings-e
de grote vrouwenziekte, een grote vrouwenziekte