Lidwoord voor IKON
1
de IKON m
aanwijzend voornaamwoord
deze IKON, die IKON
dichtbij deze IKON
verder weg die IKON
betrekkelijk voornaamwoord
de IKON die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun IKON
onbepaald voornaamwoord
elke IKON
buigings-e
de grote IKON, een grote IKON