Lidwoord voor Kinderboekenweek
1
de KinderboekenweekMERK v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze Kinderboekenweek, die Kinderboekenweek
dichtbij deze Kinderboekenweek
verder weg die Kinderboekenweek
betrekkelijk voornaamwoord
de Kinderboekenweek die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun Kinderboekenweek
onbepaald voornaamwoord
elke Kinderboekenweek
buigings-e
de grote Kinderboekenweek, een grote Kinderboekenweek