Lidwoord voor naaktmodel
1
het naaktmodel o
aanwijzend voornaamwoord
dit naaktmodel, dat naaktmodel
dichtbij dit naaktmodel
verder weg dat naaktmodel
betrekkelijk voornaamwoord
het naaktmodel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun naaktmodel
onbepaald voornaamwoord
elk naaktmodel
buigings-e
het grote naaktmodel, een groot naaktmodel