Lidwoord voor noodlot
1
het noodlot o
aanwijzend voornaamwoord
dit noodlot, dat noodlot
dichtbij dit noodlot
verder weg dat noodlot
betrekkelijk voornaamwoord
het noodlot dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun noodlot
onbepaald voornaamwoord
elk noodlot
buigings-e
het grote noodlot, een groot noodlot