Lidwoord voor amusementsprogramma
1
het amusementsprogramma o
aanwijzend voornaamwoord
dit amusementsprogramma, dat amusementsprogramma
dichtbij dit amusementsprogramma
verder weg dat amusementsprogramma
betrekkelijk voornaamwoord
het amusementsprogramma dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun amusementsprogramma
onbepaald voornaamwoord
elk amusementsprogramma
buigings-e
het grote amusementsprogramma, een groot amusementsprogramma