Lidwoord voor antichrist
1
de antichrist m
aanwijzend voornaamwoord
deze antichrist, die antichrist
dichtbij deze antichrist
verder weg die antichrist
betrekkelijk voornaamwoord
de antichrist die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun antichrist
onbepaald voornaamwoord
elke antichrist
buigings-e
de grote antichrist, een grote antichrist