Lidwoord voor automatenhal
1
de automatenhal v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze automatenhal, die automatenhal
dichtbij deze automatenhal
verder weg die automatenhal
betrekkelijk voornaamwoord
de automatenhal die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun automatenhal
onbepaald voornaamwoord
elke automatenhal
buigings-e
de grote automatenhal, een grote automatenhal