Lidwoord voor autosport
1
de autosport v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze autosport, die autosport
dichtbij deze autosport
verder weg die autosport
betrekkelijk voornaamwoord
de autosport die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun autosport
onbepaald voornaamwoord
elke autosport
buigings-e
de grote autosport, een grote autosport