Lidwoord voor beerenburg
1
de beerenburg m
aanwijzend voornaamwoord
deze beerenburg, die beerenburg
dichtbij deze beerenburg
verder weg die beerenburg
betrekkelijk voornaamwoord
de beerenburg die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun beerenburg
onbepaald voornaamwoord
elke beerenburg
buigings-e
de grote beerenburg, een grote beerenburg