Lidwoord voor beoordelingsgesprek

1

het beoordelingsgesprek o

aanwijzend voornaamwoord
dit beoordelingsgesprek, dat beoordelingsgesprek

dichtbij dit beoordelingsgesprek

verder weg dat beoordelingsgesprek

betrekkelijk voornaamwoord
het beoordelingsgesprek dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun beoordelingsgesprek
onbepaald voornaamwoord
elk beoordelingsgesprek
buigings-e
het grote beoordelingsgesprek, een groot beoordelingsgesprek