Lidwoord voor bevrijdingsleger
1
het bevrijdingsleger o
aanwijzend voornaamwoord
dit bevrijdingsleger, dat bevrijdingsleger
dichtbij dit bevrijdingsleger
verder weg dat bevrijdingsleger
betrekkelijk voornaamwoord
het bevrijdingsleger dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun bevrijdingsleger
onbepaald voornaamwoord
elk bevrijdingsleger
buigings-e
het grote bevrijdingsleger, een groot bevrijdingsleger