Lidwoord voor bezigheidstherapie
1
de bezigheidstherapie v
aanwijzend voornaamwoord
deze bezigheidstherapie, die bezigheidstherapie
dichtbij deze bezigheidstherapie
verder weg die bezigheidstherapie
betrekkelijk voornaamwoord
de bezigheidstherapie die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bezigheidstherapie
onbepaald voornaamwoord
elke bezigheidstherapie
buigings-e
de grote bezigheidstherapie, een grote bezigheidstherapie