Lidwoord voor burgerrecht
1
het burgerrecht o
aanwijzend voornaamwoord
dit burgerrecht, dat burgerrecht
dichtbij dit burgerrecht
verder weg dat burgerrecht
betrekkelijk voornaamwoord
het burgerrecht dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun burgerrecht
onbepaald voornaamwoord
elk burgerrecht
buigings-e
het grote burgerrecht, een groot burgerrecht