Lidwoord voor chemokuur
1
de chemokuur v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze chemokuur, die chemokuur
dichtbij deze chemokuur
verder weg die chemokuur
betrekkelijk voornaamwoord
de chemokuur die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun chemokuur
onbepaald voornaamwoord
elke chemokuur
buigings-e
de grote chemokuur, een grote chemokuur