Lidwoord voor conserveermiddel
1
het conserveermiddel o
aanwijzend voornaamwoord
dit conserveermiddel, dat conserveermiddel
dichtbij dit conserveermiddel
verder weg dat conserveermiddel
betrekkelijk voornaamwoord
het conserveermiddel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun conserveermiddel
onbepaald voornaamwoord
elk conserveermiddel
buigings-e
het grote conserveermiddel, een groot conserveermiddel