Lidwoord voor doopsgezinde
1
de doopsgezinde m/v
aanwijzend voornaamwoord
deze doopsgezinde, die doopsgezinde
dichtbij deze doopsgezinde
verder weg die doopsgezinde
betrekkelijk voornaamwoord
de doopsgezinde die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun doopsgezinde
onbepaald voornaamwoord
elke doopsgezinde
buigings-e
de grote doopsgezinde, een grote doopsgezinde