Lidwoord voor duizendvoud
1
het duizendvoud o
aanwijzend voornaamwoord
dit duizendvoud, dat duizendvoud
dichtbij dit duizendvoud
verder weg dat duizendvoud
betrekkelijk voornaamwoord
het duizendvoud dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun duizendvoud
onbepaald voornaamwoord
elk duizendvoud
buigings-e
het grote duizendvoud, een groot duizendvoud