Lidwoord voor ecotoerisme
1
het ecotoerisme o
aanwijzend voornaamwoord
dit ecotoerisme, dat ecotoerisme
dichtbij dit ecotoerisme
verder weg dat ecotoerisme
betrekkelijk voornaamwoord
het ecotoerisme dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun ecotoerisme
onbepaald voornaamwoord
elk ecotoerisme
buigings-e
het grote ecotoerisme, een groot ecotoerisme