Lidwoord voor esculaap
1
de esculaap m
aanwijzend voornaamwoord
deze esculaap, die esculaap
dichtbij deze esculaap
verder weg die esculaap
betrekkelijk voornaamwoord
de esculaap die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun esculaap
onbepaald voornaamwoord
elke esculaap
buigings-e
de grote esculaap, een grote esculaap