Lidwoord voor eurogebied
1
het eurogebied o
aanwijzend voornaamwoord
dit eurogebied, dat eurogebied
dichtbij dit eurogebied
verder weg dat eurogebied
betrekkelijk voornaamwoord
het eurogebied dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun eurogebied
onbepaald voornaamwoord
elk eurogebied
buigings-e
het grote eurogebied, een groot eurogebied