Lidwoord voor fernweh
1
het/de fernweh o+v(m)
aanwijzend voornaamwoord
dit fernweh, dat fernweh
dichtbij dit fernweh
verder weg dat fernweh
betrekkelijk voornaamwoord
het fernweh dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun fernweh
onbepaald voornaamwoord
elk fernweh
buigings-e
het grote fernweh, een groot fernweh
aanwijzend voornaamwoord
deze fernweh, die fernweh
dichtbij deze fernweh
verder weg die fernweh
betrekkelijk voornaamwoord
de fernweh die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun fernweh
onbepaald voornaamwoord
elke fernweh
buigings-e
de grote fernweh, een grote fernweh