Lidwoord voor franchisenemer
1
de franchisenemer m
aanwijzend voornaamwoord
deze franchisenemer, die franchisenemer
dichtbij deze franchisenemer
verder weg die franchisenemer
betrekkelijk voornaamwoord
de franchisenemer die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun franchisenemer
onbepaald voornaamwoord
elke franchisenemer
buigings-e
de grote franchisenemer, een grote franchisenemer