Lidwoord voor jehova
1
de jehova m
aanwijzend voornaamwoord
deze jehova, die jehova
dichtbij deze jehova
verder weg die jehova
betrekkelijk voornaamwoord
de jehova die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun jehova
onbepaald voornaamwoord
elke jehova
buigings-e
de grote jehova, een grote jehova