Lidwoord voor lover
1
de lover m
minnaar
aanwijzend voornaamwoord
deze lover, die lover
dichtbij deze lover
verder weg die lover
betrekkelijk voornaamwoord
de lover die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun lover
onbepaald voornaamwoord
elke lover
buigings-e
de grote lover, een grote lover
2
het lover o
gebladerte
aanwijzend voornaamwoord
dit lover, dat lover
dichtbij dit lover
verder weg dat lover
betrekkelijk voornaamwoord
het lover dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun lover
onbepaald voornaamwoord
elk lover
buigings-e
het grote lover, een groot lover