Lidwoord voor meetkunde
1
de meetkunde v
aanwijzend voornaamwoord
deze meetkunde, die meetkunde
dichtbij deze meetkunde
verder weg die meetkunde
betrekkelijk voornaamwoord
de meetkunde die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun meetkunde
onbepaald voornaamwoord
elke meetkunde
buigings-e
de grote meetkunde, een grote meetkunde