Lidwoord voor nieuwbouw
1
de nieuwbouw m
aanwijzend voornaamwoord
deze nieuwbouw, die nieuwbouw
dichtbij deze nieuwbouw
verder weg die nieuwbouw
betrekkelijk voornaamwoord
de nieuwbouw die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun nieuwbouw
onbepaald voornaamwoord
elke nieuwbouw
buigings-e
de grote nieuwbouw, een grote nieuwbouw