Lidwoord voor nitraat
1
het nitraat o
aanwijzend voornaamwoord
dit nitraat, dat nitraat
dichtbij dit nitraat
verder weg dat nitraat
betrekkelijk voornaamwoord
het nitraat dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun nitraat
onbepaald voornaamwoord
elk nitraat
buigings-e
het grote nitraat, een groot nitraat