Lidwoord voor oorlogscorrespondent
1
de oorlogscorrespondent m
aanwijzend voornaamwoord
deze oorlogscorrespondent, die oorlogscorrespondent
dichtbij deze oorlogscorrespondent
verder weg die oorlogscorrespondent
betrekkelijk voornaamwoord
de oorlogscorrespondent die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun oorlogscorrespondent
onbepaald voornaamwoord
elke oorlogscorrespondent
buigings-e
de grote oorlogscorrespondent, een grote oorlogscorrespondent