Lidwoord voor oorlogsslachtoffer
1
het oorlogsslachtoffer o
aanwijzend voornaamwoord
dit oorlogsslachtoffer, dat oorlogsslachtoffer
dichtbij dit oorlogsslachtoffer
verder weg dat oorlogsslachtoffer
betrekkelijk voornaamwoord
het oorlogsslachtoffer dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun oorlogsslachtoffer
onbepaald voornaamwoord
elk oorlogsslachtoffer
buigings-e
het grote oorlogsslachtoffer, een groot oorlogsslachtoffer