Lidwoord voor orgaandonor
1
de orgaandonor m
aanwijzend voornaamwoord
deze orgaandonor, die orgaandonor
dichtbij deze orgaandonor
verder weg die orgaandonor
betrekkelijk voornaamwoord
de orgaandonor die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun orgaandonor
onbepaald voornaamwoord
elke orgaandonor
buigings-e
de grote orgaandonor, een grote orgaandonor