Lidwoord voor papegaaienziekte
1
de papegaaienziekte v
aanwijzend voornaamwoord
deze papegaaienziekte, die papegaaienziekte
dichtbij deze papegaaienziekte
verder weg die papegaaienziekte
betrekkelijk voornaamwoord
de papegaaienziekte die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun papegaaienziekte
onbepaald voornaamwoord
elke papegaaienziekte
buigings-e
de grote papegaaienziekte, een grote papegaaienziekte