Lidwoord voor parkwachter

1

de parkwachter m

aanwijzend voornaamwoord
deze parkwachter, die parkwachter

dichtbij deze parkwachter

verder weg die parkwachter

betrekkelijk voornaamwoord
de parkwachter die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun parkwachter
onbepaald voornaamwoord
elke parkwachter
buigings-e
de grote parkwachter, een grote parkwachter

Woorden die lijken op parkwachter