Lidwoord voor patriciër
1
de patriciër m
aanwijzend voornaamwoord
deze patriciër, die patriciër
dichtbij deze patriciër
verder weg die patriciër
betrekkelijk voornaamwoord
de patriciër die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun patriciër
onbepaald voornaamwoord
elke patriciër
buigings-e
de grote patriciër, een grote patriciër