Lidwoord voor peuterbad
1
het peuterbad o
aanwijzend voornaamwoord
dit peuterbad, dat peuterbad
dichtbij dit peuterbad
verder weg dat peuterbad
betrekkelijk voornaamwoord
het peuterbad dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun peuterbad
onbepaald voornaamwoord
elk peuterbad
buigings-e
het grote peuterbad, een groot peuterbad