Lidwoord voor poldermodel
1
het poldermodel o
aanwijzend voornaamwoord
dit poldermodel, dat poldermodel
dichtbij dit poldermodel
verder weg dat poldermodel
betrekkelijk voornaamwoord
het poldermodel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun poldermodel
onbepaald voornaamwoord
elk poldermodel
buigings-e
het grote poldermodel, een groot poldermodel