Lidwoord voor rechtsongelijkheid
1
de rechtsongelijkheid v
aanwijzend voornaamwoord
deze rechtsongelijkheid, die rechtsongelijkheid
dichtbij deze rechtsongelijkheid
verder weg die rechtsongelijkheid
betrekkelijk voornaamwoord
de rechtsongelijkheid die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun rechtsongelijkheid
onbepaald voornaamwoord
elke rechtsongelijkheid
buigings-e
de grote rechtsongelijkheid, een grote rechtsongelijkheid