Lidwoord voor recreatiegebied
1
het recreatiegebied o
aanwijzend voornaamwoord
dit recreatiegebied, dat recreatiegebied
dichtbij dit recreatiegebied
verder weg dat recreatiegebied
betrekkelijk voornaamwoord
het recreatiegebied dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun recreatiegebied
onbepaald voornaamwoord
elk recreatiegebied
buigings-e
het grote recreatiegebied, een groot recreatiegebied