Lidwoord voor redacteur
1
de redacteur m
aanwijzend voornaamwoord
deze redacteur, die redacteur
dichtbij deze redacteur
verder weg die redacteur
betrekkelijk voornaamwoord
de redacteur die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun redacteur
onbepaald voornaamwoord
elke redacteur
buigings-e
de grote redacteur, een grote redacteur