Lidwoord voor richtmicrofoon
1
de richtmicrofoon m
aanwijzend voornaamwoord
deze richtmicrofoon, die richtmicrofoon
dichtbij deze richtmicrofoon
verder weg die richtmicrofoon
betrekkelijk voornaamwoord
de richtmicrofoon die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun richtmicrofoon
onbepaald voornaamwoord
elke richtmicrofoon
buigings-e
de grote richtmicrofoon, een grote richtmicrofoon