Lidwoord voor roodkoper

1

het roodkoper o

aanwijzend voornaamwoord
dit roodkoper, dat roodkoper

dichtbij dit roodkoper

verder weg dat roodkoper

betrekkelijk voornaamwoord
het roodkoper dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun roodkoper
onbepaald voornaamwoord
elk roodkoper
buigings-e
het grote roodkoper, een groot roodkoper

Woorden die lijken op roodkoper