Lidwoord voor schrikkelmaand
1
de schrikkelmaand v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze schrikkelmaand, die schrikkelmaand
dichtbij deze schrikkelmaand
verder weg die schrikkelmaand
betrekkelijk voornaamwoord
de schrikkelmaand die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun schrikkelmaand
onbepaald voornaamwoord
elke schrikkelmaand
buigings-e
de grote schrikkelmaand, een grote schrikkelmaand