Lidwoord voor skigebied
1
het skigebied o
aanwijzend voornaamwoord
dit skigebied, dat skigebied
dichtbij dit skigebied
verder weg dat skigebied
betrekkelijk voornaamwoord
het skigebied dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun skigebied
onbepaald voornaamwoord
elk skigebied
buigings-e
het grote skigebied, een groot skigebied