Lidwoord voor stilzwijgen
1
het stilzwijgen o
aanwijzend voornaamwoord
dit stilzwijgen, dat stilzwijgen
dichtbij dit stilzwijgen
verder weg dat stilzwijgen
betrekkelijk voornaamwoord
het stilzwijgen dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun stilzwijgen
onbepaald voornaamwoord
elk stilzwijgen
buigings-e
het grote stilzwijgen, een groot stilzwijgen