Lidwoord voor vaarwel
1
het vaarwel o
aanwijzend voornaamwoord
dit vaarwel, dat vaarwel
dichtbij dit vaarwel
verder weg dat vaarwel
betrekkelijk voornaamwoord
het vaarwel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun vaarwel
onbepaald voornaamwoord
elk vaarwel
buigings-e
het grote vaarwel, een groot vaarwel