Lidwoord voor vijfjarenplan
1
het vijfjarenplan o
aanwijzend voornaamwoord
dit vijfjarenplan, dat vijfjarenplan
dichtbij dit vijfjarenplan
verder weg dat vijfjarenplan
betrekkelijk voornaamwoord
het vijfjarenplan dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun vijfjarenplan
onbepaald voornaamwoord
elk vijfjarenplan
buigings-e
het grote vijfjarenplan, een groot vijfjarenplan