Lidwoord voor vivisectie
1
de vivisectie v
aanwijzend voornaamwoord
deze vivisectie, die vivisectie
dichtbij deze vivisectie
verder weg die vivisectie
betrekkelijk voornaamwoord
de vivisectie die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun vivisectie
onbepaald voornaamwoord
elke vivisectie
buigings-e
de grote vivisectie, een grote vivisectie