Lidwoord voor voorfilm
1
de voorfilm m
aanwijzend voornaamwoord
deze voorfilm, die voorfilm
dichtbij deze voorfilm
verder weg die voorfilm
betrekkelijk voornaamwoord
de voorfilm die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun voorfilm
onbepaald voornaamwoord
elke voorfilm
buigings-e
de grote voorfilm, een grote voorfilm